De aardappel is een plant die ondergronds een energievoorraad in de vorm van zetmeel aanlegt. Het zetmeel wordt bewaard in de vorm van knollen. In veel Europese landen is de aardappel een basisvoedingsmiddel. De aardappel komt oorspronkelijk uit Peru. Het gewas is door Spaanse ontdekkingsreizigers naar Europa gebracht.
Teelt
In maart april worden de aardappelen gepoot. Dit gebeurt op ruggen van 75 centimeter. De aardappels groeien ongeveer 30 centimeter in de rij uit elkaar. Tussendoor worden ze bespoten tegen phytophtora. Ongeveer in september worden de aardappelen doodgespoten en ongeveer 2 weken daarna worden deze gerooid. Het doodspuiten wordt gedaan om de aardappelen velvast te maken. Daarna worden ze afgeleverd aan frietfabrieken, gaan weg als export of gaan de bewaring in.
Doel
- Aardappelen hebben natuurlijk als hoofddoel dat het behoort tot de consumptiegoederen.
- Aardappelen kunnen ook omgezet worden in bio-ethanol. Bio-ethanol is een groene variant van benzine en dus geschikt voor benzinemotoren. Landbouwers kunnen hier optreden als leverancier van bulkproducten aan de industrie. Het is nu nog niet rendabel om als teler aardappelen voor bio-ethanol te gaan produceren.
- Ook kunnen aardappelen dien als inputstroom voor een biogasinstallatie. Wanneer deze in de vergistingsinstallatie worden gebracht dient alle grond eruit gezeefd te worden. Ook moeten ze worden verwerkt in kleine partjes.
- Er zijn al fabrieken die het schilafval van de aardappel in bio-installaties verwerken. Hierdoor kan er uit wat eigenlijk afval is, stroom gemaakt worden.
- Uit het blancheerwater bij de verwerking van aardappelen kan struviet worden teruggewonnen. Struviet is toe te passen als vervanger van fosfaatkunstmest
Meer informatie
- Struviet duurzame vervanger kunstmestfosfaat (rapport CLM, 2016)
- Aardappelpagina (website Nivap)