Veldbonen zijn bonen met een hoog eiwitgehalte, ze bevatten nog meer eiwit dan soja. In 1988 werd in Nederland 14.000 ha veldbonen geteeld, in 2010 was dat nog slechts 150 ha. (WUR)
Teelt
De teelt van veldbonen is niet eenvoudig, veldbonen zijn weersgevoelig, maar afhankelijk van de grondsoort en ziektedruk zijn goede opbrengsten mogelijk. Er zijn grote verschillen in de opbrengsten te zien, dit ligt tussen de 2 en de 6 ton per hectare. Veldbonen kunnen vroeg gezaaid worden, het beste uiterlijk eind maart.
Veldbonen zijn vlinderbloemigen. Vlinderbloemigen zijn in staat stikstof uit de lucht te binden. In de knolletjes die aan de wortels zitten, vindt het proces van stikstofbinding plaats. Deze knolletjes worden gemaakt door Rhizobium bacteriën. Met behulp van deze bacteriën kunnen vlinderbloemigen stikstof uit de lucht binden. Deze stikstof wordt gebruikt als voedsel voor de plant. Doordat vlinderbloemigen zichzelf kunnen voorzien van stikstof, kunnen ze goed geteeld worden op stikstofarme gronden.
Vrijwel alle grondsoorten zijn geschikt voor de teelt van veldbonen, mits ze goed vochthoudend zijn, en de structuur in orde is, zodat de waterafvoer in orde is. Een ruime vruchtwisseling is van belang om problemen met bodemschimmels te voorkomen.
Het is van belang dat de veldbonen goed droog geoogst worden om schimmels tijdens de opslag te voorkomen.
Doel
Veldbonen worden vanwege het hoge eiwitgehalte voornamelijk geteeld voor veevoer. Het kan de veel geïmporteerde soja vervangen.